Exotische waterbuffels in het polderlandschap rondom het Veluwemeer
Boeren Hans en Wichert ruilden de Hollandse koe in voor de exotische waterbuffel uit Azië. Een dier wat in de Filipijnen symbool staat voor kracht. ‘Carabao’ betekent in het Filipijns ‘hard werken’, iets waar beide boeren niet vies van zijn. Ze willen de waterbuffel meer bekendheid geven en de consument laten genieten van producten zoals bufaletta, paneer, mozzarella en een mals stukje buffelvlees.
De oersterke dieren worden in Azië vaak gebruikt voor traditionele agrarische doeleinden, zoals bij het ploegen, als lastdier voor transport en voor melk- en vleesproductie. De melk van een buffel is voller en romiger van textuur.
De brede kop, de korte nek en kromming van de hoorns kenmerken het dier. De poten zijn gemaakt en gewend om in de modder te staan. De combinatie van water en land is dé habitat waarin de waterbuffel zich thuis voelt. In ons Hollandse polderlandschap rondom het Veluwemeer moet dat dus wel gaan lukken.
De combinatie van water en land vormt de natuurlijke habitat van een ‘Carabao’
Wat is de natuurlijke omgeving van de carabao?
Waterbuffels staan graag met hun poten in de modder. Drassige grond, weiland, rijstvelden of bos; ze vinden het allemaal prima. De sociale dieren leven in kuddes en vaak wordt een span / tweetal gebruikt voor transport of (ploeg)werk. De Carabao komt veel voor in Zuidoost-Azië in landen als Indonesië, Papoea Nieuw Guinea, Thailand en de Filipijnen. Ze kunnen goed tegen een stootje en passen zich makkelijk aan, aan de omgeving. Regen, sneeuw, hitte, een hoge luchtvochtigheid, het deert ze weinig.
Wat eet een carabao allemaal?
De waterbuffel is een herbivoor en eet tot wel 30 procent minder dan een Hollandse koe. Het dier eet gevarieerder; verschillende grassoorten en andere vegetatie zoals riet en structuurrijke kruiden. In de winterperiode worden ze in Nederland vaak bijgevoerd met kuilgras, omdat er in het land dan onvoldoende voor ze groeit. De waterbuffel heeft maar beperkt krachtvoer nodig en met zijn ‘zuinige’ dieet is ‘ie daarom behoorlijk duurzaam.
Wat is de levenscyclus van een carabao?
Een waterbuffel draagt haar kalf 10-11 maanden, daarna zijn ze in 2 tot 3 jaar geslachtsrijp. Ze hebben een voorjaars- en najaarsbrons. Dat betekent dat een carabao niet het hele jaar door gedekt kan worden en daarom soms een tijd ‘droog staat’ en geen melk geeft. Waterbuffels gaan in gevangenschap tot wel 12 jaar mee, dat is 2 keer zo lang als een gemiddelde Nederlandse melkkoe. Dutch Carabao verwerkt de buffelmelk in hun eigen fabriek tot eetbare producten zoals bufaletta, paneer, mozzarella en een mals stukje vlees.
Wat kan je met buffelmelk?
Producten van waterbuffels zijn groot geworden in de cultuur en in de geschiedenis van Zuidoost-Azië. In het Nederlandse polderlanschap is het nog een ‘bietje vremd’ en een nichemarkt. Dutch Carabao wil hier graag met hun producten zoals bufaletta, paneer, mozzarella en een mals stukje vlees meer bekendheid aan geven en mensen laten genieten van de volle, romige smaak.
Wat is de ‘ecologische pootafdruk’ van de waterbuffel?
Als oerdier verhoudt deze koe-soort zich dicht bij de natuurlijke oorsprong. De ‘ecologische pootafdruk’ is dan ook aanzienlijk gunstiger dan de gemiddelde Nederlandse melkkoe. Waterbuffels eten 30 procent minder, drinken 40 procent minder en gaan dubbel zo lang mee ten opzicht van een melkkoe. Ze produceren minder mest en stoten tot wel 35% minder stikstof uit.
De waterbuffel is ideaal te combineren met natuurbeheer. Het robuuste dier is veel minder vatbaar voor ziektes, heeft weinig krachtvoer nodig en is goed bestand tegen de wisselende Hollandse weersomstandigheden.